Straffeloosheidsgevecht: ideologische grootspraak of reden voor optimisme

Dit jaar bestaat het Rome Statuut 20
jaar. Veel rechtswetenschappers voelen
zich daarom genegen een duit in het
analytische zakje te doen door zich uit
te laten over de ontwikkeling van het
Internationaal Strafhof (hierna: ‘ISH’).
Overmatig positivisme valt niet te
bespeuren, nu de cijfers er niet om liegen:
slechts veertien zaken zijn tot dusver op de
rol verschenen bij het ISH. Drie van deze
zaken hebben geleid tot een reparatieactie.1
Naast de teleurstellende getallen die
het Hof produceert, is er veel kritiek op
geografische focus van de organisatie.2
Hoewel de kern van zeven van de tien
huidige ‘preliminaire beoordelingen’
buiten Afrika ligt, heeft het accent tot nu
toe voornamelijk gelegen op misdadigers
uit het Afrikaanse continent. Uiteindelijk
zijn enkel Afrikaans gerelateerde delicten
ontpopt tot daadwerkelijke zaken voor het
ISH. Ondanks het jubileum is voorzichtige
feestvreugde op het eerste gezicht aldus
gepast.