De sjoemelsigaret

Laura Maaskant*

Nicotinepleisters, acupunctuur, medicijnen via de huisarts, het roken van e-sigarets, en lasertherapie. Als je ooit geprobeerd hebt te stoppen met roken, komen deze technieken je waarschijnlijk bekend voor. Is het je niet (in één keer) gelukt en baal je daar nog steeds van? Volgens strafrechtadvocate Bénédicte Ficq ligt dat niet aan jou, maar aan de onnodig verslavende stofjes in sigaretten. Dat, én het feit dat er ‘gesjoemeld’ wordt met de testapparatuur waarmee de gezondheidsrisico’s van sigaretten wordt gemeten, maakt dat Ficq namens Stichting Rookpreventie Jeugd en twee longpatiënten aangifte deed tegen vier grote tabaksfabrikanten die in Nederland actief zijn. Philip Morris International, British American Tobacco, Japan Tobacco International en Imperial Tobacco Benelux hangt een fikse aanklacht boven het hoofd. Hen wordt verweten dat zij zich schuldig hebben gemaakt aan poging tot moord en/of doodslag en/of poging tot zware mishandeling met voorbedachte rade en/of poging tot opzettelijke benadeling van de gezondheid met voorbedachte rade. Tot slot is aangifte gedaan wegens valsheid in geschrifte.[1]Inmiddels doen bijna elke week meer organisaties mee met Ficq, waaronder het KWF Kankerbestrijding en het Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis.[2]Daarnaast doen ruim tweeduizend zieke (ex-)rokers mee. Een rechtenstudente van de Universiteit van Amsterdam was in december jongstleden de eerste ‘gezonde’ roker die zich tevens bij de zaak aansloot.[3]Het Openbaar Ministerie (OM) besloot vorige maand af te zien van vervolging. Toch is Ficq nog altijd strijdbaar en stapte zij in ‘in galop en vol vertrouwen’ richting het Gerechtshof om vervolging af te dwingen.[4]Voor de aanklagers is het doel van de vervolging niet om torenhoge schadevergoedingen binnen te slepen, maar om de tabaksindustrie strafrechtelijk te veroordelen voor bovengenoemde aantijgingen. Volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) stierven in 2013 immers ruim 20.000 Nederlanders aan de directe gevolgen van het roken van sigaretten.[5]In totaal zijn ongeveer 3,6 miljoen Nederlanders verslaafd aan roken.[6]Daarnaast berekende het RIVM dat de rokende Nederlander onze samenleving alleen al aan ziektekosten ten gevolge van rookgerelateerde ziekten elk jaar drie miljard euro kost.[7]In dit artikel zal worden ingegaan op bovengenoemde aangifte. Allereerst wordt gekeken naar enkele internationale zaken die tegen de tabaksindustrie werden gevoerd om te kunnen aantonen wat de zaak van Ficq nu zo bijzonder maakt. Daarna zal worden ingegaan op de aangifte zelf: welke argumenten zijn gebruikt? Als derde zal worden ingegaan op het meest voor de hand liggende tegenargument: in hoeverre bestaat er causaliteit tussen de gezondheidsrisico’s voor (ex-)rokers en de gedragingen van de tabaksindustrie?

Civiele procedures

Denkend aan krantenkoppen van ‘Amerikaanse taferelen’ met miljoenenclaims van zieke   (ex-)rokers klinkt het niet bijzonder dat de tabaksindustrie voor de rechter wordt gesleept.[8]Dat is het ook niet: in Amerika is de tabaksindustrie al sinds 1950 verschillende malen aangeklaagd (de zogenoemde ‘tobacco litigations’). Zo werd recentelijk Philip Morris, een grote internationaal opererende tabaksfabrikant, in 2009 aansprakelijk gesteld voor het niet openbaar maken van de gezondheidsrisico’s die met roken worden geassocieerd en de reclame die het bedrijf richtte op jonge adolescenten.[9]Dichterbij huis werd Gauloises, een van oorsprong Frans sigarettenmerk, in 1999 door een kettingroker in eerste aanleg met succes aangeklaagd op basis van artikel 1382 Code Civil, dat te vergelijken is met ons artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek (BW).[10]In Nederland werd in 2000 voor het eerst een civiele procedure tegen de tabaksindustrie gevoerd, maar dat leidde niet tot een inhoudelijke behandeling van de zaak.[11]In 2008 volgde de eerste inhoudelijke behandeling van een dergelijke aansprakelijkheidszaak en stelde de zieke ex-roker Peter Römer de tabaksfabrikant British American Tobacco aansprakelijk.[12]De rechtbank besliste echter in het voordeel van de tabaksfabrikant.[13]Deze niet-uitputtende opsomming laat zien dat het aanklagen van de tabaksindustrie niet nieuw is. Wat maakt Ficqs zaak dan zo uniek? Anders dan de (internationale) civiele procedures die zijn gevoerd op basis van het aansprakelijkheidsrecht, zou, wanneer het Gerechtshof het OM dwingt tot vervolging, Nederland het eerste land ter wereld zijn dat een dergelijk strafzaak opstart. Naar aanleiding van een conferentie in Genève beraden zeventien andere landen zich over de mogelijkheid dezelfde strafrechtelijke procedure in hun land te starten.[14]

Deadly by design

De tabaksindustrie hangt een behoorlijk aantal reeds genoemde beschuldigen boven het hoofd. Hiertoe worden verschillende argumenten genoemd. Allereerst wordt de tabaksindustrie verweten (poging tot) moord (artikel 289 jo. 45 Wetboek van Strafrecht (Sr)) dan wel (poging tot) doodslag (artikel 287 jo. 45 Sr) en/of poging tot zware mishandeling met voorbedachte rade (artikel 302 jo. 303 Sr) en/of mishandeling in de zin van een poging tot opzettelijke benadeling van de gezondheid met voorbedachte rade (artikel 300 jo. 301 Sr). Daarnaast wordt zij beschuldigd van valsheid in geschrifte (artikel 225 Sr).

Om te beginnen stelt Ficq dat door het ontwerp van een sigaret en de extra toegevoegde stoffen sigaretten onnodig verslavend worden gemaakt. Naast de noodzakelijke tabak zijn namelijk stoffen als honing en suiker toegevoegd om de sigaret smakelijker te maken. Bij verbranding zijn deze stoffen echter zeer schadelijk voor onze gezondheid. Tevens bevatten sigaretten anti-hoestmiddelen die de natuurlijke irritaties in de luchtwegen verminderen en chemisch behandelde nicotine. Rokers zijn niet verslaafd aan sigaretten, maar aan de verslavende stof nicotine die in combinatie met toegevoegde ammoniak binnen zeven seconden de hersenen van een roker bereikt.[15]Nicotine is even verslavend als heroïne of cocaïne, maar is – anders dan de laatstgenoemden – niet in het rijtje ‘harddrugs’ opgenomen.[16]Door de toevoeging van al dit soort onnodige stoffen zijn sigaretten ‘deadly by design’ en dermate verslavend dat in 2012 slechts tussen de vier en tien procent van de stoppers een succesvolle poging waagden.[17]De ernstige verslaving zorgt voor excessieve gezondheidsrisico’s en leidt op die manier tot de juridische kwalificatie van (zwaar) lichamelijk letsel conform artikel 82 eerste en tweede lid Sr, wat nodig is voor de beschuldiging van (zware) mishandeling. De tabaksindustrie neemt daarnaast met het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel op de koop toe dat rokers een aanmerkelijke kans hebben om te overlijden aan de gevolgen van de verslaving. Door het bewust toevoegen van al de stoffen is er daarom sprake van voorwaardelijk opzet, wat valt te kwalificeren als doodslag.[18]Doordat de tabaksindustrie dit alles met een duidelijk plan doet en niet vanuit een ogenblikkelijke hevige gemoedstoestand handelt, beschuldigen de aanklagers de industrie primair van moord (doodslag met voorbedachte rade).[19]

Ten tweede wordt de tabaksindustrie valsheid in geschrifte verweten. Volgens een Europese Richtlijn mogen in handel gebrachte sigaretten niet een hoger emissieniveau bevatten dan 10 milligram teer, 1 milligram nicotine en 10 milligram koolmonoxide per sigaret.[20]Om deze niveaus vast te stellen wordt gebruik gemaakt van een testmachine die de sigaret ‘rookt’. Echter, zo supponeert Ficq, wordt bij die metingen slechts een klein gedeelte van de filter – het gedeelte dat een roker vasthoudt – omsloten. De filter van een sigaret bevat miniscule gaatjes ter hoogte van de helft van de filter. Omdat de machine, anders dan rokers die de gaatjes met hun mond afdekken tijdens het roken, de gaatjes niet afdekt, wordt de inhalering van giftige stoffen verdund met lucht en op die manier worden de testresultaten beïnvloed. Voormalig biochemicus voor tabaksfabrikant Brown & Williamson en Amerika’s grootste klokkenluider van dit moment, Jeffrey Wigand, stelt zelfs dat rokers ‘dubbele waarden’ aan toxische stoffen binnenkrijgen.[21]Hierdoor overschrijdt de tabaksindustrie de Europese Richtlijn én pleegt het valsheid in geschrifte door de onjuiste hoeveelheid giftige stoffen op een pakje sigaretten te plaatsen.[22]

Causaliteitsleer: redelijke toerekening

De tabaksindustrie kan zich op verschillende manieren verdedigen tegen de beschuldigingen. Het meest in het oog springt echter het vrije wilsagrument: roken is toch een vrije keuze geweest? Er is altijd een eigen keuze gemaakt om een sigaret aan te nemen, aan te steken en dat meerdere keren te doen, totdat het verslavende effect wordt bereikt. In hoeverre is er dan een causaal verband tussen de gezondheidsschade van (ex-)rokers en de gedragingen van de tabaksindustrie en is het de tabaksindustrie redelijkerwijs toe te rekenen dat rokers ziek worden of komen te overlijden?[23]

In de literatuur en jurisprudentie over productaansprakelijkheid op basis van het BW wordt algemeen aangenomen dat sigaretten een product zijn waarvan een normaal denkend mens de gezondheidsrisico’s kan inzien. Het is ‘algemeen bekend’ dat een roker meer kans heeft op allerlei chronische en dodelijke ziekten.[24]Dat de informatie algemeen bekend is, wordt gesterkt door het feit dat de tabaksindustrie sinds 1982 verplicht is om de schadelijke gevolgen van roken op de voorkant van hun pakjes te publiceren.[25]In de aangehaalde civiele procedure Römer versus British American Tobaccowordt aangenomen dat British American Tobacco slechts aansprakelijk kan zijn voor de periode vóór de informatieplicht van 1982.[26]Ficq stelt echter dat iemand die zijn eerste sigaret opsteekt niet bewust is van de snelle verslavende gevolgen, omdat dat geen ‘algemeen bekend’ feit is.[27]Niemand kiest bij zijn eerste sigaret voor een levenslange verslaving met dodelijke gevolgen. Van een eigen keuze en dus eigen schuld kan geen sprake zijn, omdat de toegevoegde stoffen in sigaretten, zoals besproken, ‘deadly by design’ zijn. Bovendien laat de leer van de redelijke toerekening ruimte voor gevolgen die ontstaan door het handelen (het opsteken van een sigaret) of nalaten (het niet stoppen met roker) van het slachtoffer.[28] Daarnaast blijkt dat zeker jonge rokers geen schijn van kans hebben om een bewuste, verantwoordelijke keuze te maken, omdat sigaretten zeer snel verslavend zijn: binnen vier weken is een kind verslaafd aan sigaretten. En dat terwijl 80% van de rokers begonnen is voor hun achttiende levensjaar.[29]Deze ‘replacement smokers’ worden willens en wetens een verslaving ingeduwd. De tabaksindustrie ziet jongeren, zo blijkt uit vertrouwelijk gepubliceerde stukken  als: ‘[as] tomorrow’s potential regular customer. And the overwhelming majority of smokers first begin to smoke while still in their teens… The smoking patterns of teenagers are particularly important to Philip Morris.’[30]Daarmee staat volgens Ficq het causaal verband tussen de gedragingen van de tabaksindustrie en de verslaving met al zijn gevolgen vast.

Conclusie

De aangifte die nu bij het Gerechtshof ligt is uniek in zijn soort: nog nooit eerder was een strafrechtelijke vervolging van een aantal grote tabaksfabrikanten zo dichtbij. Het OM besloot niet tot vervolging over te gaan, maar nu ligt de bal bij het Gerechtshof en zal die een beslissing moeten maken of het OM wordt gedwongen over te gaan tot het vervolgen van de tabaksindustrie. Als het aan Ficq, de vele belangenverenigingen en de particulieren die aangifte hebben gedaan ligt is het in ieder geval duidelijk dat de waarheid over de ‘sjoemelsigaretten’ nu eindelijk naar buiten mag komen. Nederland zou daarmee een pionier zou zijn op het gebied van het strafrechtelijk vervolgen van de tabaksindustrie. Interessant in dat geval zou de verdediging van de tabaksindustrie zijn. Want hoe zit het met de eigen verantwoordelijkheid van de (ex-)rokers? Is het de tabaksindustrie redelijkerwijs toe te rekenen dat rokers verslaafd zijn, mogelijk ziek worden en aan de gevolgen van hun verslaving overlijden? Die vraag zal beantwoord moeten worden door de rechter. Tot nu toe is er echter nog geen witte rook over een eventuele vervolging en zal blijken of het OM die stap moet gaan nemen.

 

[1]*Laura Maaskant bachelorstudente Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit van Amsterdam.

Aangifte Ficq & Partners Advocaten, Amsterdam 29 september 2016 (gehele aangifte te bekijken op: https://sickofsmoking.nl/rechtzaken/aangifte-poging-tot-moord-doodslag-zware-mishandeling-en-valsheid-geschrifte/ (geraadpleegd 6 december 2017)).

[2]W. Thijssen, ‘Meer grote partijen voegen zich bij strafzaak tegen tabaksindustrie’, Volkskrant 12 mei 2017.

[3]V. Schildkamp, ‘Roker (25) doet aangifte tegen tabaksindustrie’, Het Parool 1 december 2017. Nota bene: de term ‘gezonde’ roker duidt op een situatie waarin de roker wel verslaafd is, maar verder niet met lichamelijke ziekten als gevolg van het roken is gediagnosticeerd.

[4]C. Houtekamer, D. Pinedo, M. Dallinga, ‘OM gaat tabaksindustrie niet vervolgen’, NCR 22 februari 2018.

[5]RIVM ‘Sterfgevallen door ziekten als gevolg van roken, 2013’ https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/ roken /cijfers-context/oorzaken -en-gevolgen# bron verant woording  (geraadpleegd 6 december 2017).

[6]Idem.

[7]‘Kosten rokengerelateerde zorg’ (https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/roken/kosten/kosten# node-kosten-rokengerelateerde-zorg (geraadpleegd 6 december 2017));  C. van de Wiel, ‘Artsen betalen mee aan strafzaak tegen tabaksindustrie’ NRC 12 januari 2017.

[8]Denk bijvoorbeeld aan Robinson v. R.J. Reynolds Tobacco Co., juli 2014. De weduwe van een ex-roker kreeg  23,6 miljard dollar aan schadevergoeding.

[9]United States v. Philip Morris USA Inc., augustus 2006.

[10]Tribunal de Grande Instance, Jugement du 8 decembre 1999, No Rép.Gén.: 9601838. (In hoger beroep is het vonnis vernietigd, maar dat zou te wijten zijn aan ‘de toestand waarin de tabaksindustrie zich bevond.’ Zie: van den Berg, P. A. J., & Keirse, A. L. M. (2002). ‘Waar rook is, is vuur: Franse lessen inzake aansprakelijkheid en eigen schuld bij schade als gevolg van het roken’. Nederlands Juristenblad, 33, p. 1652.

[11]Rb. Assen 25 april 2000, ECLI:NL:RBASS:2000:AA5626.

[12]Rb. Amsterdam 17 december 2008, ECLI:NL:RBAMS:2008:BG7225.

[13]Idem.

[14]V. Schildkamp, ‘Nederlandse tabaksstrafzaak gaat internationaal: roken is moord’ Het Algemeen Dagblad 4 juli 2017.

[15]Sick of Smoking ‘Dodelijk in drie stappen’ https://sickofsmoking.nl/feiten/dodelijk-in-drie-stappen-2/ (geraadpleegd 6 december 2017).

[16]Rapport Gender, women and the tobacco epidemic van de World Health Organisation (2010). Addiction to Nicotine.

[17]Aangifte Ficq & Partners Advocaten, Amsterdam 29 september 2016 (gehele aangifte te bekijken op: https://sickofsmoking.nl/rechtzaken/aangifte-poging-tot-moord-doodslag-zware-mishandeling-en-valsheid-geschrifte/ (geraadpleegd 6 december 2017)), p. 8.

[18]Idem, p. 21; Zie ook het Porsche arrest voor het leerstuk van voorwaardelijke opzet: HR 15 november 1997, ECLI:NL:HR:1996:ZD0139.

[19]Idemp. 21.

[20]Artikel 3, eerste lid van Richtlijn 2014/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten en tot intrekking van Richtlijn 2001/37/EG.

[21]Eén vandaag ‘Jeffrey Wigand, klokkenluider van de tabaksindustrie’ https://eenvandaag.avrotros.nl/ buitenland/ item/jeffrey-wigand-klokkenluider-van-de-tabaksindustrie/(geraadpleegd 7 december 2017).

[22]Aangifte Ficq & Partners Advocaten, Amsterdam 29 september 2016 (gehele aangifte te bekijken op: https://sickofsmoking.nl/rechtzaken/aangifte-poging-tot-moord-doodslag-zware-mishandeling-en-valsheid-geschrifte/ (geraadpleegd 6 december 2017)), p. 33.

[23]De leer van de redelijke toerekening is voor het eerst erkend in het Hoge Raad arrest ‘Letale longembolie’: HR 12 september 1978, ECLI:NL:HR:1978:AC2616.

[24]Rb. Amsterdam 17 december 2008, ECLI:NL:RBAMS:2008:BG7225, par. 5.55; Asser/Hartkamp & Sieburgh 6-IV 2011/263.

[25]Besluit van 29 april 1981, Stb. 329 (Aanduidingenbesluit sigaretten en shag (Warenwet)).

[26]Rb. Amsterdam 17 december 2008, ECLI:NL:RBAMS:2008:BG7225, par. 5.33 en 5.78.

[27]Aangifte Ficq & Partners Advocaten, Amsterdam 29 september 2016 (gehele aangifte te bekijken op: https://sickofsmoking.nl/rechtzaken/aangifte-poging-tot-moord-doodslag-zware-mishandeling-en-valsheid-geschrifte/ (geraadpleegd 6 december 2017)), p. 13 – 14.

[28]Zie bijvoorbeeld het arrest ‘Niet-behandelde longinfectie’ waar het nalaten van het slachtoffer redelijke toerekening aan de dader niet in de weg stond: HR  25 juni 1996, ECLI:NL:HR:1996:ZD0496.

[29]RIVM ‘Roken naar leeftijd’ https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/roken/cijfers-context/ huidige-situatie-volwassenen#!node-roken-naar-leeftijd (geraadpleegd 8 december 2017).

[30]Philip Morris, Special Report, “Young Smokers: Prevalence, Trends, Implications, and Related Demographic Trends,” March 31, 1981, Bates No. 1000390803.